Pesten en FOMO

Gepubliceerd op 23 februari 2023 om 12:30

Het is weer zover, Aalst Carnaval is voorbij en voor zover ik kon volgen op sociale media, was het een topeditie. Ik zou het niet weten want ik was er niet bij. Ik ben niet echt opgegroeid met hele concept en ben dus geen echte ‘carnavalist tot in de kist’. Toen ik jonger was ben ik wel enkele keren naar de stoet gaan kijken en ik ben twee keer mee gaan vieren. En dat was het dan. Ik heb nog nooit de drie volle dagen meegedaan. 

Het is nu ook niet dat ik dat echt perse wil doen maar ik denk wel dat het een speciale ervaring is. Die samenhorigheid, die vreugde, het plezier, de pracht en praal. Maar de drang om te gaan is niet groot genoeg om het ook effectief in te plannen. 

Hoe komt het dan toch dat ik er zo’n FOMO voor heb? Voor wie nog niet helemaal mee is met de term, FOMO staat voor het Engelse ‘Fear Of Missing Out’. Of in het Nederlands, ‘schrik om iets te missen’. `

Als ik zo in mijn zetel zit en foto’s en filmpjes zie passeren van evenementen denk ik regelmatig van: ‘Amai, ik mis precies wel iets.’ of ‘Heel de wereld is daar en ik niet, what’s wrong with me?’. Goed wetende dat ik er bewust voor gekozen heb om niet te gaan hè. Dus waarom dan toch zo denken? 

Bij mij komt het vooral door die interne drang van er graag bijhoren. Ik herinner me nog dat ik in het middelbaar zo goed als alles zou gedaan hebben om erbij te horen. En hier komt er een leuke twist in de blog. Ik wou oorspronkelijk schrijven over mijn FOMO maar terwijl ik bezig ben, begin ik verschillende linken te leggen met het verleden. What a twist of fate! 

Ik werd ik mijn kinderjaren en een stukje van mijn tienerjaren gepest. Zowel door leerkrachten, als leerlingen en familie. Toen ik naar het derde middelbaar zou gaan, besloot ik dat het genoeg was geweest en dat ik nooit meer gepest wou worden. Ik vroeg een klas waar ik niemand kende zodat ik opnieuw kon beginnen. En inderdaad, het pesten was gedaan maar de rollen waren plots ook omgedraaid. Ik ging van gepeste naar pester. Geloof me, ik ben er zeker niet trots op. 

Maar naast het pesten, gebeurde er ook nog iets anders. Waar ik als gepeste zoveel mogelijk wou verdwijnen op de achtergrond, wou ik nu zoveel mogelijk doen om erbij te horen, om niet meer uit de bood te vallen. Haarstijlen, make-up, hobby’s, drinken, roken, kleding, accessoires, etc. Het werd een soort van patroon, een gewoonte. Ik werd een soort cameleon. 

Tot op de dag van vandaag neem ik nog heel gemakkelijk de stijl of gewoontes van iemand anders over. De laatste jaren probeer ik wel steeds dichter bij mezelf te komen en de echte ‘ik’ te zijn. Maar op dagen zoals bijvoorbeeld Aalst Carnaval merk ik wel dat het kleine meisje in mij er nog steeds graag bij wil horen. En dat is oké, die gevoelens of dat verlangen mag er zijn. Dankzij het schrijven van deze blog, weet ik nu ook van waar dat zou kunnen komen. 

Als volwassen ik iets zou kunnen zeggen tegen de kleine ik, dan zou het zijn: 

 

‘Je hoeft jezelf niet te veranderen om erbij te horen. En je hoeft er niet bij te horen om goed genoeg te zijn.’ 

 

Misschien zit hier voor jou ook wel iets in? Laat het zeker weten in de comments :) 

 

Liefs, 

Kali 

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.